En ineens gaat het dan toch nog heel snel …. De eerste kamer heeft op 12 juli jl. ingestemd met de wetsvoorstellen die zien op de digitalisering en vereenvoudiging van het civiele procesrecht. Zo dat de rechtspraak (eindelijk ook) gaat aansluiten bij de digitalisering van de samenleving en procedures sneller en eenvoudiger gaan verlopen.
Digitalisering
Digitalisering wordt in fasen en per rechtsgebied ingevoerd. Voor civiele zaken start in september 2016 bij de rechtbanken Midden-Nederland en Gelderland een proef met een beperkte groep advocaten. In februari 2017 start bij diezelfde rechtbanken een proef voor alle advocaten. Dat betekent: wettelijk verplicht digitaal procederen bij deze gerechten als het gaat om civiele zaken, waarvoor een advocaat moet worden ingeschakeld. In juli 2017 is het vervolgens bij alle gerechten verplicht digitaal procederen in civiele zaken.
Particulieren en bedrijven kunnen geschillen over huurzaken, arbeidszaken, of zaken waarvan het belang minder dan € 25.000 euro bedraagt en waarvoor zij geen advocaat hoeven inschakelen, overigens nu al online laten behandelen door de eKantonrechter.
Voor andere rechtsgebieden zoals faillissementsrecht, bestuursrecht en strafrecht, gelden andere planningen. In sommige gevallen wordt al beperkt digitaal geprocedeerd. Voor faillissementen geldt bijvoorbeeld dat sinds oktober 2015 digitaal toezicht wordt gehouden.
Voor bepaalde onderdelen van het civiele proces, zoals hoger beroep of kort geding, gelden ook andere planningen. Pas eind 2017 wordt digitaal procederen ook in hoger beroep landelijk verplicht en voor kort gedingen is die verplichting pas medio 2019 gepland.
Er is voor gekozen om de digitalisering in fases in te voeren, om de risico’s zo klein mogelijk te houden en de mogelijkheid te bieden om pas de volgende stap te zetten als de techniek zich heeft bewezen.
Vereenvoudiging
Het civiele proces wordt eenvoudiger door de invoering van één basisprocedure. Die bestaat uit één schriftelijke ronde, een mondelinge behandeling bij de rechter en daarna een uitspraak. Alle civiele procedures beginnen met een digitale procesinleiding in plaats van een dagvaarding of verzoekschrift zoals we dat nu kennen. Kern van het proces is de mondelinge behandeling, die vrij snel na de start van de basisprocedure wordt gepland. Hierdoor heeft de rechter in een vroeg stadium contact met partijen. Hij kan dan om een toelichting vragen, getuigen of deskundigen horen en schikkingsmogelijkheden aftasten.
De rechter kan in civiele zaken voortaan ook mondeling uitspraak doen. Hierdoor krijgen partijen direct duidelijkheid van de rechter die zojuist met hen sprak. Ook is een voordeel dat de rechter tijdens een mondelinge uitspraak een en ander kan toelichten en kan controleren of de uitspraak ook wordt begrepen. In ingewikkelder zaken kan de rechter besluiten dat een uitgebreidere behandeling nodig is, of een extra schriftelijke ronde inlassen.
Via een digitaal webportaal, Mijn Rechtspraak genoemd, worden alle stukken digitaal ingediend en wordt ook gecommuniceerd door de advocaten en de rechter. De deurwaarder is niet altijd meer nodig.
Meer weten? Zie
www.rechtspraak.nl,
onderdeel KEI (Kwaliteit En Innovatie rechtspraak), voor de stand van zaken en planning; modernisering per rechtsgebied en digitaal procederen, of zie
www.rijksoverheid.nl,
programma Kwaliteit En Innovatie rechtspraak (KEI).