Een aandeelhouder van een failliete onderneming heeft schade geleden, omdat zijn aandelen waardeloos zijn geworden. Volgens hem is dat te wijten aan onbehoorlijk bestuur van de bestuurder. Echter, als er sprake is van onbehoorlijk bestuur, dan betekent dat nog niet dat de aandeelhouder schadevergoeding voor de waardevermindering van zijn aandelen kan vorderen, zo heeft het Gerechtshof Amsterdam onlangs bevestigd. Daarvoor is nodig dat de bestuurder een ‘specifieke zorgvuldigheidsnorm’ jegens de aandeelhouder heeft geschonden. Er dienen dan bijkomende omstandigheden te zijn, zoals opzet, misbruik van bevoegdheid, bedrog etc.
Een aandeelhouder van Medical Kits Supply B.V. ('MKS') houdt de bestuurder van die vennootschap aansprakelijk voor de schade, die zij zou hebben geleden door onbehoorlijk bestuur van de bestuurder. De schade betreft de vermindering van waarde van aandelen in de vennootschap, zogeheten ‘afgeleide schade’.
De aandeelhouder, E.F.K. Beheer B.V. ('EFK'), houdt sinds 2012 25% van de aandelen in MKS, die in 2017 gefailleerd is. De curator heeft geconstateerd dat er een grote, onverhaalbare, rekening-courantvordering op de bestuurder bestaat, dat er sinds 2013 geen jaarrekeningen meer zijn gedeponeerd en dat de boekhouding niet actueel is. Voorts is de bestuurder sinds 2013 tevens bestuurder en aandeelhouder van drie nieuwe vennootschappen, die – blijkens de omschrijving – min of meer dezelfde activiteiten ontplooien.
EFK maakt de bestuurder de volgende verwijten:
- de bestuurder zou ten eigen bate gelden in rekening-courant hebben opgenomen en niet hebben terugbetaald;
- de algemene vergadering is niet geïnformeerd over de faillissementsaanvraag;
- sinds 2013 zijn geen jaarrekeningen meer opgesteld;
- aan de aandeelhouder is – als minderheidsaandeelhouder – geen informatie verstrekt, ondanks herhaalde verzoeken;
- de boekhoudplicht is verzaakt; en
- de bestuurder zou heimelijk zijn overgegaan tot het oprichten van concurrerende ondernemingen.